|
||||||||
Het zijn echt wel hoogtijdagen voor de Italië-liefhebbers onder ons: ondanks het feit dat we al maanden niet naar Italië mogen vanwege Corona, blijven we op muzikaal vlak, absoluut niet op onze honger zitten. Ook nu weer danken we een fijne plaat aan het Squilibri-labem en zijn distributeur uit Utrecht, het hier al wel vaker geprezen Xango Music. Deze keer krijgen we, uit de intussen -zo hoop ik toch- genoegzaam bekende Squilibri-reeks met boekjes-met-CD een aflevering, gewijd aan het trio Nuove Tribù Zulu, dat bestaat uit de broers Andrea (zang en percussie) en Paolo Camerini (bas) en toetseniste/tromboniste Ludovica Valori. Dat gezelschap is ons niet helemaal onbekend, omdat een goeie ziel ons ooit vanuit Rome de twee cd’s meebracht, die het trio opnam met de Gypsies from Rajasthan en uitbracht onder de naam “Nomadic Orchestra of the World”. Voor deze nieuwe plaat, hun zevende in totaal -de band is twintig jaar onderweg- gingen ze eerder thematisch tewerk en namen ze de Roos en het Vuur als kapstokken om het bakkersdozijn tracks aan op te hangen. Die twee staan symbool voor datgene wat muzikanten drijft om op reis te gaan en de grenzen van de genres en talen te overstijgen. De band zet zijn eigen vertrouwde terrein min of meer opzij om op zoek te gaan naar nieuwe manieren om uitdrukking te geven aan het voor dat hen voortstuwt op hun zoektocht naar steeds nieuwe vormen van schoonheid. Daarvoor doen ze bij momenten ook een beroep op gasten: in opener “Bohémien Superstar” draaft Enrico “Tammurriata Rock” Capuano op, in “Il Mondo di Vetro” is zanger, schrijver en scenarist Andrea “Têtes de Bois” Satta te gast, rapper MC Shark tilt de titelsong naar Celentano-niveau en het Piccola Orchestra di Tor Pignatta -een multicultureel gezelschap van tweede- en derdegeneratieratiejongeren uit de Romeinse wijk Tor Pignattara, zowat het Romeinse antwoord op het Parijse Barbès, maakt van “Nessun Rumore” één van onze favoriete tracks. Daarmee heb ik helemaal niks negatiefs gezegd over de overige nummers, waar je ook niet één miskleun tussen vindt. Het is de optelsom van al de factoren, die van deze plaat een waar pareltje van hedendaagse diversiteit maakt: van funk tot rock, van gypsy tot Italiaanse Branduardi-kleinkunst, van San Remo-pop tot gecroonde nachtclubmuziek…het zit hier allemaal in. Zoals één der songtitels het zegt met een uitdrukking die ook wij in het Nederlands gebruiken: “Tutte le Strade Portano a Roma”, wat meteen onze tweede favoriet is van een plaat die er in de voorbije weken indrukwekkend veel draaibeurten heeft opzitten. U moest dit bijzondere gezelschap maar eens gaan ontdekken, niet alleen omdat ik dat zeg, maar omdat U vast na één beluistering verkocht bent! (Dani Heyvaert)
|
||||||||
|
||||||||